Vooraleer hij 40 werd wilde Sylvain Tesson toch nog iets belangrijk realiseren: zes maanden als kluizenaar leven, diep in de Siberische wouden. Via vrienden van weleer kan jij over een primitieve bolkhut beschikken aan de oever van het uitgestrekte Baikalmeer. Van februari tot einde juli verblijft hij er, onder meer om te lezen, te filosoferen en voorliggend boek te schrijven.
Het meest nabije dorp ligt op 150 km, net iets te ver om tijdens de barre winter te voet te bereiken. Wel krijgt hij af en toe bezoek van vissers en verantwoordelijken van het omgevende enorme natuurgebied. Bij die gelegenheden worden er "feestmaaltijden" aangericht op basis van pasta, tabasco, ter plekke gevangen vis en wodka, heel veel wodka.
Sylvain Tesson laat de lezers ruimschoots mee genieten van zijn kluizenaarsleven. Soms is het vermakelijk, dan weer ernstig filosoferend en ook een enkele keer melancholisch. Samen met de auteur maak je kilometerslange wandelingen en kanotochten, zowel in de barre winter als in de ontluikende lente.
Aangenaam boek, waarin de rust en de stilte van de Siberische wouden alleen onderbroken wordt door af en toe een diepzinnige gedachte of een slemppartij. Mocht ik ooit de ervaring van Sylvain Tesson willen overdoen, dan neem ik dit boek beslist mee.