Hoe kom je aan de bak in de Griekse wirwar van lokale touroperators en al dan niet officiële gidsen wanneer je bovendien maar een rudimentaire kennis hebt van de Griekse taal? Die vraag dreef boven als Plan B toen bleek dat nieuwscorrespondent worden niet meteen haalbaar was voor de auteur en er dringend geld in het laatje moest komen om zijn verblijf te bekostigen en te rekken.
Kennis van de antieke en in het bijzonder de Griekse geschiedenis bleek te volstaan om een wankel baantje te versieren bij een lokale touroperator en diens buitenlandse gasten op sleeptouw te nemen. Om die vaak Duitstalige toeristen te entertainen moest Ruard Wallis de Vries zich uit de slag trekken met een niet zo briljante kennis van hun taal.
Wat was er erger, de lokale touroperators die je uitpersen of de soms vervelende toeristen die hem volgden en soms kwamen aandraven met pietluttigheden of erger nog, hun kennis van de Griekse geschiedenis en cultuur wilden etaleren? Ruard Wallis de Vries serveert de lezers een bijwijlen hilarisch verhaal over het leven in de Griekse toeristische jungle.
Het leven van een anderstalige gids in Griekenland omvat alvast meer dan zonnige dagen, een schitterende cultuur en glaasjes ouzo achteraf. Prettig verhaald, zoals hier, lijkt het gidsenleven mooi, maar de schaduwzijden zijn ook duidelijk aanwezig.