Vier zwarte tieners, waarvan er al enkele een rolletje spelen in het drugsmilieu, worden "werkloos" wanneer de politie een razzia houdt en hun "werkplek" dicht moet. Van hun "chef" krijgen ze een andere taak toegewezen. Ze moeten helemaal van Los Angeles naar Wisconsin om daar een getuige te vermoorden.
Om deze ruim 3000 km af te leggen moeten ze gebruik maken van een tweedhandsvehikel. Reizen per vliegtuig houdt immers te veel mogelijkheden voor identificatie op. We volgen de jonge boefjes op hun tocht door een behoorlijk stuk van de Verenigde Staten. Dat ze onderweg meer aandacht hebben voor wapens en onderlinge ruzie dan voor landschappelijk schoon zal niet verbazen.
De auteur weet er niet alleen de spanning in te houden, maar schetst ook een treffend beeld van tieners aan de rand van de maatschappij, die het grotendeels moeten redden zonder hulp van hun ouders, die zo hun eigen problemen hebben.
Er wordt weleens geopperd dat een roadtrip kan bijdragen tot inzicht en een ander wereldbeeld. Mocht dat hier ook het geval zijn, dan is dat beslist niet op vraag van de sinistere opdrachtgever.